Veel bedrijven hebben te maken met achterstallige betalingen. Zeg maar gerust negen op de tien. Dat kan zo’n invloed hebben op de cash flow, dat twintig procent van de Nederlandse ondernemers hierdoor gedwongen zijn om hun eigen leveranciers uitstel van betaling te vragen. Dit wilt u toch ook niet? Om dit in de toekomst te voorkomen, heeft een vijfde van de Nederlandse bedrijven opdracht gegeven om de betalingshistorie en het kredietrisico van hun klanten te gaan onderzoeken. Dat is gebleken uit de Betalingsbarometer voor West Europa. Kredietverzekeraar Atradius heeft dit voor meer dan 3000 bedrijven onderzocht in dertien landen.
Vooral de sectoren bouw, duurzame consumptiegoederen en de zakelijke dienstverlening hebben te maken met achterstallige betalingen
Men verwacht dat er ook in 2016 weer een uitdaging zal zijn op economisch gebied. Het blijkt dat Nederlandse bedrijven vaker dan andere bedrijven in Europese landen te maken krijgen met oninbare vorderingen. De reden hiervoor kan zijn dat hun klanten failliet zijn gegaan of dat ze gewoonweg zijn uitgeschreven. Bij Nederlandse bedrijven is dit 66 procent ten opzichte van 59,3 procent van de andere Europese landen. Wel zijn de Nederlandse bedrijven eerder bereid om hun vordering af te schrijven dan in de rest van Europa (27,4 procent tegen 25,6 procent in de rest van Europa).
Als reden geeft men op dat het kostenaspect voor het volgen van de debiteuren te hoog ligt. De oninbare vorderingen komen vooral voor in de sectoren bouw, duurzame consumptiegoederen en de zakelijke dienstverlening.
Het gemiddelde aantal dagen dat een factuur in Nederland open staat (DSO) is 42 dagen. Dit zijn vijf dagen meer dan vorig jaar. Dit is echter wel minder dan in de rest van Europa. Dit is gemiddeld 48 dagen. Het lijkt er dus op dat de betalingsmoraal weer minder wordt. Tijd om als ondernemer te teugels weer aan te trekken, want u bent toch geen bank!
Heeft u tips nodig om met achterstallige betalingen om te gaan? Neem dan contact met ons op.