Per 1 juli 2012 is de Wet Normalisering Buitengerechtelijke Incassokosten of te wel Wet Incasso Kosten (WIK) in werking getreden.
Wat moet u weten?
In de WIK wordt de verschuldigdheid van de incassokosten wettelijk vastgelegd. De rechter mag deze kosten niet meer ‘matigen’. De incassokosten zijn verschuldigd aan de leverancier (schuldeiser) als deze:
- zaken heeft gedaan met een consument (particulier).
- een schriftelijke betalingsherinnering heeft gezonden met een betaaltermijn van ten minste veertien dagen.
U mag de incassokosten conform een gestaffeld tarief in rekening brengen per factuur of over alle openstaande facturen. Het minimumtarief bedraagt € 40,- en u moet de hoogte van de incassokosten noemen.
U doet er verstandig aan uw Algemene Voorwaarden te (laten) controleren of u geen voorwaarden hanteert in strijd met de WIK en of uw voorwaarden nog van toepassing zijn voor bedrijven. Uiteraard kan IBG Incasso u hierbij helpen. Voor vorderingen op bedrijven geldt nieuw WET INCASSO KOSTEN (WIK) niet.
Ook doet u er verstandig aan om uw huidige incassobeleid te heroverwegen. U mag incassokosten aan uw debiteuren (lees: klanten!) in rekening brengen, u moet het niet. Doet u dit echter niet, kunnen derden ( lees incassobureaus en deurwaarders) deze kosten niet in rekening brengen van uw debiteur bij een incassoprocedure en zullen die voor uw eigen rekening komen.
De 14–dagen aanmaning
Door de komst van de WIK is het van belang uw aanmaningstraject eens nader te bekijken. Wettelijk gezien hoeft u na verzuim van uw debiteur nog maar één 14-dagen aanmaning te verzenden met de waarschuwing voor de (hoogte van ) de incassokosten en eventueel (de hoogte van de)BTW. Deze 14-dagen aanmaning is wettelijk verplicht om ook betaling te kunnen verlangen van de incassokosten.
De berekening van de buitengerechtelijke kosten is als volgt:
Minimumtarief € 40,00
15 % over eerste € 2.500
10 % over volgende € 2.500
5 % over volgende € 5.000
1% over volgende € 190.000
0,5 % over het meerdere met een maximum van € 6.775
Indien de opdrachtgever een rechtspersoon is of een natuurlijk persoon in de uitoefening van zijn beroep of bedrijf wordt veelal aanspraak gemaakt op de buitengerechtelijke kosten van 15 % van de verschuldigde hoofdsom met een minimum van € 40,00; Wijzelf adviseren Voorwerk II te hanteren. Dit voorkomt vaak onnodige negatieve reacties bij een eventuele gerechtelijke procedure.
U doet er goed aan om uw aanmaningen dus aan te passen en de termijn op 14 dagen te zetten, met aanzegging dat de incassokosten op basis van bovenstaand staatje in rekening gebracht zullen worden. Daarna kunt u vorderen dat ook die kosten betaald dienen te worden. Bij niet betaling kunt u IBG Incasso inschakelen.